Artikel
1
1
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
aanwijsinstrument: instrument voor tijd- of plaatsbepaling, dan wel voor het meten, bepalen of aangeven van andere grootheden, bestemd voor gebruik op of in de directe omgeving van personen;
activiteit: activiteit als bedoeld in bijlage 2;
activiteitsconcentratie: activiteitsconcentratie als bedoeld in bijlage 2;
arbodienst: een dienst als bedoeld in de Arbeidsomstandighedenwet 1998;
A-werknemer: de blootgestelde werknemer, bedoeld in artikel 79, tweede lid;
besmetting: de aanwezigheid van radioactieve stoffen in een materiaal, in of op een oppervlak, in een omgeving, of uitwendig op of inwendig in een persoon;
blootgestelde werknemer: werknemer die gedurende zijn werktijd ten gevolge van handelingen een blootstelling ondergaat die kan leiden tot een dosis die hoger is dan een der in artikel 76 genoemde dosislimieten;
blootstelling: het blootgesteld zijn aan ioniserende straling;
bron: toestel dan wel radioactieve stof;
B-werknemer: andere blootgestelde werknemer dan een A-werknemer;
bijlage: bij dit besluit behorende bijlage;
deskundige: een persoon, die met het oog op de betrokken taak als deskundige is ingeschreven in een register als bedoeld in artikel 7, tweede lid;
dosisbeperking: dosiswaarde die bij de planning van handelingen wordt vastgesteld als plafondwaarde voor het optimaliseringsproces van de bescherming tegen ioniserende straling bij een handeling, taak of beroep of een categorie daarvan;
effectieve dosis: effectieve dosis als bedoeld in bijlage 2;
effectieve volgdosis: effectieve volgdosis als bedoeld in bijlage 2;
equivalente dosis: equivalente dosis als bedoeld in bijlage 2;
externe werknemer: A-werknemer die onder verantwoordelijkheid van een ondernemer die in een andere lidstaat van de Europese Unie is gevestigd, werkzaam is op Nederlands grondgebied in een zone als bedoeld in artikel 83, eerste lid, onder a, onderdeel 1°;
gezondheidsschade: de geschatte kans op een kortere levensduur en verminderde kwaliteit van leven voor een persoon door de negatieve effecten van lichamelijke afwijkingen, kanker, en ernstige genetische effecten als gevolg van blootstelling aan ioniserende straling;
handeling: het bereiden, voorhanden hebben, toepassen of zich ontdoen van een kunstmatige bron of van een natuurlijke bron, voor zover deze natuurlijke bron is of wordt bewerkt met het oog op zijn radioactieve eigenschappen dan wel het gebruiken of voorhanden hebben van een toestel, uitgezonderd bij een interventie, een ongeval of een radiologische noodsituatie;
hoofdinspecteur voor de milieuhygiëne: hoofdinspecteur van het Staatstoezicht op de Volksgezondheid, belast met het toezicht op de hygiëne van het milieu;
ingekapselde bron: radioactieve stoffen die zijn ingebed in of gehecht aan vast dragermateriaal of zijn omgeven door een omhulling van materiaal met dien verstande dat hetzij het dragermateriaal hetzij de omhulling voldoende weerstand biedt om onder normale gebruiksomstandigheden elke verspreiding van radioactieve stoffen te voorkomen;
kunstmatige bron: bron, niet zijnde een natuurlijke bron en niet zijnde een toestel;
lid van de bevolking: een persoon uit de bevolking binnen of buiten een locatie, niet zijnde een werknemer gedurende zijn werktijd of een persoon die een radiologische verrichting ondergaat;
locatie: inrichting als aangewezen krachtens artikel 1.1, derde lid, van de Wet milieubeheer of plaats, waar een handeling of werkzaamheid wordt verricht;
lozing: lozing in de bodem, in de lucht, in het openbare riool of in het oppervlaktewater;
lozing in de bodem: het definitief in de bodem brengen of doen brengen teneinde deze aldaar te laten, van vloeibare of in water opgeloste radioactieve stoffen dan wel van in een waterstroom meegevoerde deeltjes van radioactieve stoffen, of het op de bodem brengen van deze stoffen indien daarbij de vloeistof voor een deel in de bodem treedt, met uitzondering van meststoffen in de zin van de Meststoffenwet;
lozing in het openbare riool: het in het openbare riool ontsnappen of laten ontsnappen van vloeibare of in water opgeloste radioactieve stoffen dan wel van in een waterstroom meegevoerde deeltjes van radioactieve stoffen;
lozing in de lucht: het in de lucht ontsnappen van of laten ontsnappen van gasvormige radioactieve stoffen dan wel van in een luchtstroom meegevoerde deeltjes van radioactieve stoffen;
lozing in het oppervlaktewater: het in het oppervlaktewater ontsnappen of laten ontsnappen van vloeibare of in water opgeloste radioactieve stoffen dan wel van in een waterstroom meegevoerde deeltjes van radioactieve stoffen;
mijnbouw: het verrichten van handelingen of werkzaamheden in het kader van een verkennings- of opsporingsonderzoek of, als bedoeld in artikel 2 van de wet of de Mijnwet 1903, het winnen van delfstoffen;
natuurlijke bron: kosmische straling of bron van natuurlijke oorsprong, niet zijnde een toestel;
omgevingsdosisequivalent: omgevingsdosisequivalent als bedoeld in bijlage 2;
omgevingsdosisequivalenttempo: omgevingsdosisequivalenttempo als bedoeld in bijlage 2;
ondernemer: degene onder wiens verantwoordelijkheid een handeling of werkzaamheid wordt verricht;
Onze Ministers: Onze Ministers van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;
open bron: bron, niet zijnde een ingekapselde bron en niet zijnde een toestel;
oppervlaktebesmetting: oppervlaktebesmetting als bedoeld in bijlage 2;
potentiële blootstelling: blootstelling die niet met zekerheid zal optreden maar waarvan de waarschijnlijkheid van optreden en de grootte van de daarbij eventueel optredende blootstelling van tevoren kunnen worden geschat;
radioactieve afvalstof: radioactieve stof die krachtens artikel 38 als zodanig is aangemerkt en die niet wordt geloosd;
radiologische verrichting: medische handeling met gebruikmaking van ioniserende straling als bedoeld in artikel 53, eerste lid;
radiotoxiciteitsequivalent: de activiteit die bij inname leidt tot een effectieve volgdosis van 1 sievert voor een volwassen referentiepersoon;
regiodirecteur: regiodirecteur van de Arbeidsinspectie;
schade: nadelige gevolgen van ioniserende straling voor mensen, dieren, planten en goederen;
stralingsarts: een persoon, die als stralingsarts is ingeschreven in het register, bedoeld in artikel 7, eerste lid;
werknemer: persoon die, hetzij in dienst of onder gezag van een ondernemer, hetzij als zelfstandige, arbeid verricht;
werkzaamheid: het bereiden, voorhanden hebben, toepassen van of zich ontdoen van een natuurlijke bron voor zover die niet wordt of is bewerkt wegens zijn radioactieve eigenschappen, uitgezonderd bij een interventie, een ongeval of een radiologische noodsituatie;
wet: Kernenergiewet.
2
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt onder «voorhanden hebben» mede verstaan: het vervaardigen, bewerken,hanteren en opslaan, met uitzondering van opslag in verband met vervoer.
3
Met betrekking tot dit besluit en de daarop berustende bepalingen worden bij de bepaling van wat «redelijkerwijs mogelijk» is de economische en sociale factoren in aanmerking genomen. Daarnaast wordt ingeval van blootstelling in aanmerking genomen de mate waarin een blootstelling en de kans van optreden van die blootstelling kunnen worden beperkt.