Artikel
1
Definitiebepalingen
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
-
a.
wet: Wet werk en bijstand;
-
b.
zelfstandige: de belanghebbende van 18 tot 65 jaar, die voor de voorziening in het bestaan is aangewezen op arbeid in eigen bedrijf of zelfstandig beroep hier te lande en die:
-
1°.
voldoet aan de wettelijke vereisten voor de uitoefening daarvan;
-
2°.
voldoet aan het urencriterium, bedoeld in artikel 3.6 van de Wet inkomstenbelasting 2001, en
-
3°.
alleen of samen met degenen met wie hij het bedrijf of zelfstandig beroep uitoefent de volledige zeggenschap in dat bedrijf of zelfstandig beroep heeft en de financiële risico's daarvan draagt;
-
1°.
-
c.
levensvatbaar bedrijf of zelfstandig beroep: het bedrijf of zelfstandig beroep waaruit de zelfstandige naar verwachting na bijstandsverlening een inkomen zal verwerven dat, samen met het overige inkomen, toereikend is voor de voortzetting van het bedrijf of zelfstandig beroep en voor de voorziening in het bestaan;
-
d.
boekjaar: de periode van 12 maanden waarover de administratie van de zelfstandige wordt gevoerd;
-
e.
netto inkomen: het over het boekjaar verworven inkomen, bedoeld in hoofdstuk 3, paragraaf 3.4 van de wet, met toepassing van artikel 6, tweede lid;
-
f.
bruto inkomen: het over het boekjaar verworven inkomen, bedoeld in hoofdstuk 3, paragraaf 3.4 van de wet, zonder toepassing van artikel 31, derde lid, van de wet en artikel 6, tweede lid;
-
g.
jaarnorm: de tot een bedrag per boekjaar omgerekende som van de bijstandsnorm, bedoeld in hoofdstuk 3, paragraaf 3.2 en 3.3 van de wet, verhoogd met de over de bijstand verschuldigde ziekenfondspremie en de verleende bijzondere bijstand;
-
h.
totaal vermogen: het vermogen, bedoeld in artikel 34, eerste lid, onderdeel a, van de wet, zonder aftrek van de aanwezige schulden en zonder de in artikel 34, tweede lid, onderdelen a en e, van de wet, bedoelde bezittingen in aanmerking te nemen;
-
i.
eigen vermogen: het verschil tussen het totaal vermogen en de aanwezige schulden;
-
j.
bank: kredietinstelling die is ingeschreven in de afdelingen I, onderafdeling 1, 2, 3, 5 of 6 of afdeling III van het register, bedoeld in artikel 52, eerste lid, van de Wet toezicht kredietwezen 1992;
-
k.
ondernemer in de binnenvaart: de zelfstandige die arbeid verricht door:
-
a.
het vervoeren of opslaan van goederen met behulp van een schip dat bestemd is of gebruikt wordt voor het vervoer van goederen op de Nederlandse binnenwateren, stromen en riviermonden, alsmede op de Dollard, de Waddenzee en het IJsselmeer;
-
b.
het slepen of duwen van de in onder a bedoelde schepen met een boot die blijkens zijn bouw daarvoor is bestemd en niet tevens is ingericht voor het vervoer van goederen.
-
a.