Artikel
1.1
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
-
–
aangewezen keuringsinstelling: een door Onze Minister aangewezen, geaccrediteerde instelling als bedoeld in artikel 31h, tweede lid, onder b, van de wet;
-
–
aanmelding: de aanmelding ter verkrijging van toegang tot de spelersinterface;
-
–
betaalinstrument: het gepersonaliseerd instrument of de gepersonaliseerde instrumenten of het geheel van procedures, overeengekomen tussen de vergunninghouder en een betaaldienstverlener, waarvan de vergunninghouder en de speler gebruik maken om een betaalopdracht te initiëren;
-
–
betalingstransactie: de door de vergunninghouder of speler geïnitieerde handeling waarbij geldmiddelen worden gedeponeerd op of overgemaakt van of naar een speelrekening, ongeacht of er onderliggende verplichtingen tussen de vergunninghouder en de desbetreffende speler zijn;
-
–
burgerservicenummer: het burgerservicenummer, bedoeld in artikel 1, onder b, van de Wet algemene bepalingen burgerservicenummer;
-
–
concern: de economische eenheid waarin rechtspersonen, vennootschappen en natuurlijke personen organisatorisch zijn verbonden;
-
–
elektronische middelen: de elektronische middelen, met inbegrip van de controledatabank, bedoeld in artikel 5.3, die worden gebruikt bij het organiseren van kansspelen op afstand;
-
–
gekwalificeerde deelneming: een rechtstreeks of middellijk belang van ten minste tien procent van het geplaatste aandelenkapitaal of een daarmee vergelijkbaar belang, of het rechtstreeks of middellijk kunnen uitoefenen van ten minste tien procent van de stemrechten of een daarmee vergelijkbare zeggenschap;
-
–
inschrijving: de inschrijving als speler, bedoeld in artikel 31k van de wet;
-
–
kansspel: een gelegenheid als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder a, van de wet;
-
–
kansspelinterface: het geheel van elektronische communicatie waarmee de vergunninghouder de vergunde kansspelen aanbiedt;
-
–
lidstaat: staat die partij is bij het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie of de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte;
-
–
niet-kritiek onderdeel van het spelsysteem: een onderdeel van het spelsysteem dat in het systeem voor wijzigingsbeheer, bedoeld in artikel 4.41, niet is aangemerkt als kritiek voor de verantwoorde, betrouwbare en controleerbare organisatie van de vergunde kansspelen;
-
–
Onze Minister: Onze Minister voor Rechtsbescherming;
-
–
raad van bestuur: de raad van bestuur van de kansspelautoriteit, bedoeld in artikel 33a van de wet;
-
–
register: het register, bedoeld in artikel 33h van de wet;
-
–
Richtlijn 2013/36/EU: Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende toegang tot het bedrijf van kredietinstellingen en het prudentieel toezicht op kredietinstellingen en beleggingsondernemingen, tot wijziging van Richtlijn 2002/87/EG en tot intrekking van de Richtlijnen 2006/48/EG en 2006/49/EG (PbEU 2013, L 176);
-
–
Richtlijn (EU) 2015/2366: Richtlijn (EU) 2015/2366 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2015 betreffende betalingsdiensten in de interne markt, houdende wijziging van de Richtlijnen 2002/65/EG, 2009/110/EG en 2013/36/EU en Verordening (EU) nr. 1093/2010 en houdende intrekking van Richtlijn 2007/64/EG (PbEU 2015, L 337);
-
–
speelrekening: de door de vergunninghouder in zijn spelsysteem op naam van een speler aangehouden rekening met het speeltegoed van die speler, die uitsluitend wordt gebruikt ten behoeve van de deelname aan de vergunde kansspelen en die is te herleiden tot de persoon van die speler;
-
–
speelwinst: prijzen of premies als bedoeld in artikel 1, onder a, van de wet, behaald met deelname aan een vergund kansspel;
-
–
speler: degene die bij de vergunninghouder als speler is ingeschreven;
-
–
spelersinterface: het voor de speler na aanmelding toegankelijke gedeelte van de kansspelinterface;
-
–
spelersprofiel: de grenzen aan het speelgedrag, bedoeld in artikel 31k, tweede lid, onder c, van de wet;
-
–
spelsysteem: de organisatie, de werkwijze en de middelen, waaronder de elektronische middelen, die voor het organiseren van de vergunde kansspelen worden gebruikt;
-
–
sportwedstrijd: wedstrijd, georganiseerd door of onder auspiciën van de door het NOC*NSF erkende nationale sportorganisaties en hun geledingen, of door vergelijkbare internationale, al dan niet overkoepelende sportorganisaties, dan wel een andere wedstrijd van een sport die door het NOC*NSF als sport is aangemerkt;
-
–
tegenrekening: de op naam van een speler bij een in een lidstaat gevestigde kredietinstelling met een vergunning als bedoeld in artikel 8 van Richtlijn 2013/36/EU of bij een in een lidstaat gevestigde betaaldienstverlener met een vergunning als bedoeld in artikel 11 van Richtlijn (EU) 2015/2366 aangehouden rekening;
-
–
uiteindelijke belanghebbende: degene die daaronder wordt verstaan op grond van de Wet ter voorkoming van witwassen en financiering van terrorisme;
-
–
vergund kansspel: een kansspel dat op grond van de vergunning op afstand wordt georganiseerd;
-
–
vergunning: een vergunning tot het organiseren van kansspelen op afstand als bedoeld in artikel 31a van de wet;
-
–
vergunninghouder: de houder van een vergunning;
-
–
wervings- en reclameactiviteiten: iedere vorm van communicatie waarmee vergunninghouders, al dan niet met behulp van derden, direct of indirect hun diensten of goederen aanprijzen;
-
–
wet: de Wet op de kansspelen.