Vrijstellingsregeling Wfd

De Minister van Financiën,

Besluit:

Artikel

1

In deze regeling wordt, voor zover niet anders is bepaald, verstaan onder:

Artikel

2

Van hetgeen bij of krachtens de wet is bepaald zijn vrijgesteld ondernemingen die de juridische eigendom verkrijgen van vorderingen uit hoofde van overeenkomsten inzake krediet die zij niet zelf als wederpartij zijn aangegaan, voor zover het beheer en de uitvoering daarvan krachtens overeenkomst geschiedt door een kredietbeheerder aan wie het ingevolge de wet is toegestaan te bemiddelen in krediet en die kredietbeheerder de in artikel 49 van het besluit bedoelde informatie verstrekt op de ingevolge dat artikel voorgeschreven wijze.

Artikel

3

Artikel

4

Artikel

5

Artikel

6

Van hetgeen bij of krachtens de wet is bepaald zijn vrijgesteld financiële dienstverleners voor zover zij, zonder daarvoor provisie te ontvangen, financiële diensten verlenen, met uitzondering van financiële diensten ten aanzien van krediet, aan:

  • a.

    consumenten die bij hen werkzaam zijn of anderszins onder hun verantwoordelijkheid vallen;

  • b.

    consumenten die werkzaam zijn bij of anderszins onder de verantwoordelijkheid vallen van andere rechtspersonen die deel uitmaken van dezelfde groep waartoe zij zelf behoren; of

  • c.

    consumenten die deel uitmaken van dezelfde groep waartoe zij zelf behoren.

Artikel

7

Van hetgeen bij of krachtens de wet is bepaald zijn vrijgesteld financiële dienstverleners, voor zover zij, zonder daarvoor provisie te ontvangen, bemiddelen in of adviseren over verzekeringen aan:

  • a.

    rechtspersonen waarin zij deelnemen;

  • b.

    vennootschappen waarvan zij vennoot zijn; of

  • c.

    rechtspersonen of vennootschappen waarin of waarvan andere rechtspersonen of vennootschappen die deel uitmaken van dezelfde groep waartoe zij behoren, deelnemen onderscheidenlijk vennoot zijn.

Artikel

10

Artikel

11

Van hetgeen bij of krachtens de wet is bepaald zijn vrijgesteld aanbieders van elektronisch geld op wie artikel 6 van de Vrijstellingsregeling Wtk 1992 van toepassing is, bemiddelaars via wie deze aanbieders overeenkomsten met consumenten aangaan en adviseurs die het door deze aanbieders aangeboden elektronisch geld aanbevelen.

Artikel

12

Van hetgeen bij of krachtens de wet is bepaald zijn vrijgesteld financiële dienstverleners:

  • a.

    voor zover zij bemiddelen in hagelschadeverzekeringen, paarden- en veeverzekeringen of glasverzekeringen, met uitzondering van broeiglasverzekeringen;

  • b.

    die reisbureau of reisorganisatie zijn, voor zover zij bemiddelen in verzekeringen die met het oog op een reis of vakantie worden afgesloten, alsmede in annuleringsverzekeringen, indien op de desbetreffende vestiging van het reisbureau of de reisorganisatie ten minste een medewerker:

    • 1°.

      beschikt over een geldig diploma voor de eindtermen opgenomen in bijlage 4 van het besluit; of

    • 2°.

      beschikt over het diploma vakbekwaamheid voor het reisbureaubedrijf, afgegeven door de Stichting Examens en Proeven voor het Reisbureaubedrijf na 1 juli 1992; of

    • 3°.

      beschikt over het certificaat ‘reisverzekeringen’, afgegeven door de Stichting Examens en Proeven voor het Reisbureaubedrijf.

Artikel

13

Artikel

15

Artikel

16

Artikel

17

Artikel

18

Van hetgeen bij of krachtens de wet is bepaald, met uitzondering van het bepaalde ingevolge de artikelen 30, 31, tweede lid, derde lid, onderdeel b, en vierde lid, 35, 38, 39, 40, 41, 42, 44, 49 en 100, voor zover het betrekking heeft op de verstrekking van informatie, bedoeld in artikel 31, eerste lid en derde lid, onderdeel a, en op artikel 32 van de wet, zijn vrijgesteld financiële dienstverleners die beschikken over een vergunning als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995, voor zover zij bemiddelen in goederenkrediet dat dient ter verschaffing van het genot aan een consument van effecten in het kader van een overeenkomst die bestaat uit de belening van:

  • a.

    effecten die zijn toegelaten tot de handel op een op grond van artikel 22, eerste lid, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 erkende effectenbeurs of een gereglementeerde markt als bedoeld in artikel 1, onder 13, van richtlijn nr. 93/22/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 10 mei 1993 betreffende het verrichten van diensten op het gebied van beleggingen in effecten (PbEG L 141), waarvan de houder in een andere lidstaat is gevestigd; of

  • b.

    niet tot de handel op een in onderdeel a bedoelde effectenbeurs toegelaten effecten, voorzover de waarde daarvan door middel van een openbare prijsaanduiding voor een ieder kenbaar is.

Artikel

19

Artikel

20

Artikel

21

Artikel

22

Van hetgeen is bepaald ingevolge artikel 100 van de wet, voor zover het betrekking heeft op een beroepsaansprakelijkheidsverzekering of een daarmee vergelijke voorziening als bedoeld in artikel 29 van de wet, zijn vrijgesteld financiële dienstverleners:

Artikel

23

Van hetgeen is bepaald ingevolge artikel 100, voor zover het betrekking heeft op een beroepsaansprakelijkheidsverzekering of een daarmee vergelijke voorziening als bedoeld in artikel 29 van de wet, zijn vrijgesteld financiële dienstverleners als bedoeld in artikel 19, eerste lid, voor zover zij bemiddelen in verzekeringen en de voor hen verantwoordelijke onderneming als bedoeld in artikel 19, tweede lid:

Artikel

25

Artikel

26

Artikel

27

Tot 1 mei 2006 zijn van hetgeen is bepaald ingevolge de artikelen 28 en 36 van het besluit vrijgesteld financiële dienstverleners voor zover zij krediet aanbieden of daarin bemiddelen en daarbij voldoen aan het Besluit kredietaanbiedingen, zoals dat gold voor het tijdstip van inwerkingtreding van de wet.

Artikel

31

Tot 1 juli 2006 zijn van hetgeen is bepaald ingevolge artikel 60, eerste lid, van het besluit vrijgesteld aanbieders van krediet voor zover zij financiële diensten verlenen ten aanzien van krediet waarvan de kredietsom, dan wel kredietlimiet, meer dan € 250,– en minder dan € 1.000,– bedraagt.

Artikel

32

Artikel

33

Tot 1 oktober 2006 zijn van hetgeen is bepaald ingevolge de artikelen 27, 38 en 39 van het besluit vrijgesteld:

  • a.

    financiële dienstverleners die voor het verlenen van financiële diensten ten aanzien van een complex product op grond van het Besluit financiële bijsluiter, zoals dat gold voor het tijdstip van inwerkingtreding van het besluit, verplicht zijn tot het beschikbaar houden en het aan een consument ter beschikking stellen van een financieel bijsluiter, voor zover zij voor het verlenen van financiële diensten ten aanzien van een complex product voldoen aan het ingevolge het Besluit financiële bijsluiter bepaalde; en

  • b.

    andere financiële dienstverleners voor zover zij financiële diensten verlenen ten aanzien van een complex product.

Artikel

34

Wijzigt de Vrijstellingsregeling Wet toezicht beleggingsinstellingen.

Artikel

35

Wijzigt de Vrijstellingsregeling Wet toezicht effectenverkeer 1995.

Artikel

36

Wijzigt de Vrijstellingsregeling Wtk 1992.

Artikel

37

Deze regeling treedt in werking op het tijdstip waarop de wet in werking treedt.

Artikel

38

Deze regeling wordt aangehaald als: Vrijstellingsregeling Wfd.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag
De Minister van Financiën,G.Zalm