Besluit van 5 augustus 2000, houdende intrekking van het Besluit studiefinanciering en vervanging door het Besluit studiefinanciering 2000 ter uitvoering van de Wet studiefinanciering 2000 (Besluit studiefinanciering 2000)

Besluit studiefinanciering 2000

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen van 16 juni 2000, nr. 2000/23 732 (1707), directie Wetgeving en Juridische Zaken;
De Raad van State gehoord (advies van 13 juli 2000, nr. W05.00.0236/III);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen van 27 juli 2000, nr. 2000/27 634 (1707), directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Hoofdstuk

1

Algemeen

Artikel

2

Gecorrigeerde belastbare minimumloon

Hoofdstuk

2

Reikwijdte

Artikel

3

Nationaliteit

Met een Nederlander wordt gelijkgesteld de vreemdeling die in Nederland rechtmatig verblijf heeft:

Artikel

4

Aangewezen onderwijs

Het onderwijs, bedoeld in artikel 2.11 van de wet, is het onderwijs aan:

  • a.

    Stichting Kweekschool voor Vroedvrouwen te Amsterdam,

  • b.

    Vroedvrouwenschool Kerkrade uitgaande van de RK Stichting Moederschapszorg te Kerkrade,

  • c.

    Stichting Rotterdamse Opleiding tot Verloskundige te Rotterdam,

  • d.

    Stichting Rijksakademie van beeldende kunsten te Amsterdam,

  • e.

    Stichting Jan van Eyk-Akademie te Maastricht, en

  • f.

    Opleiding Restauratoren, onderdeel van het Instituut Collectie Nederland te Amsterdam.

Artikel

5

Normbedrag particuliere ziektekostenverzekering

Op het normbedrag voor de particuliere ziektekostenverzekering, bedoeld in artikel 3.3, tweede lid, van de wet, worden per 1 januari van ieder kalenderjaar ten hoogste twee correcties op het normbedrag, genoemd in artikel 3.18, overzicht 1, of het daarvoor in de plaats getreden normbedrag, aangebracht:

  • a.

    indien een overheveling van verstrekkingen naar de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten in het kader van de stelselwijziging zorgsector heeft plaatsgevonden, wordt door Onze Minister het normbedrag daaraan aangepast, en

  • b.

    het normbedrag, of indien onderdeel a is toegepast, het door toepassing van onderdeel a gewijzigde normbedrag, wordt per 1 januari van ieder kalenderjaar door Onze Minister overeenkomstig artikel 17, tweede lid, aangepast.

Hoofdstuk

3

Weigerachtige of onvindbare ouders

Artikel

6

Algemeen

Aanspraak op aanvullende beurs als bedoeld in artikel 3.14, eerste lid, van de wet bestaat in ieder geval, indien:

  • a.

    sprake is van een ernstig en structureel conflict tussen ouder en studerende,

  • b.

    de ouder uit het ouderlijk gezag is ontzet of ontheven,

  • c.

    de studerende geen contact met de ouder heeft,

  • d.

    sprake is van voor de studerende niet inbare alimentatie als bedoeld in titel 17 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, of

  • e.

    gegevens over het inkomen van de ouder niet kunnen worden achterhaald.

Artikel

7

Conflicteis

Artikel

8

Uit ouderlijk gezag ontzet of ontheven

Als bewijs dat de ouder uit het ouderlijk gezag is ontzet of ontheven, bedoeld in artikel 6, onderdeel b, dient een afschrift van de beschikking van de rechtbank.

Artikel

9

Geen contact sinds 12e jaar

Van geen contact met de ouder als bedoeld in artikel 6, onderdeel c, is sprake, indien de studerende vanaf de maand waarin hij de leeftijd van 12 jaren heeft bereikt geen wezenlijk contact met de ouder had. Als bewijs dient een verklaring van een ter zake deskundige.

Artikel

10

Niet inbare alimentatie

Van voor de studerende niet inbare alimentatie als bedoeld in artikel 6, onderdeel d, is sprake, indien de alimentatie oninbaar is gedurende ten minste 12 maanden voorafgaande aan de maand waarin de studerende voor het eerst studiefinanciering ontvangt. Als bewijs dient een verklaring van een ter zake deskundige.

Artikel

11

Onbekende verblijfplaats ouder

Artikel

12

Draagkracht uit alimentatie

Hoofdstuk

4

Uitbetaling en verrekening

Artikel

13

Uitbetaling

Artikel

14

Voorschot lesgeld

Artikel

15

Verrekening voorschot lesgeld

Ten aanzien van degenen die lesgeld zijn verschuldigd op grond van artikel 3 van de Les- en cursusgeldwet, wordt het voorschot, bedoeld in artikel 14, niet uitbetaald maar verrekend met de verplichting tot het betalen van lesgeld.

Hoofdstuk

5

Verstrekken van inlichtingen

Artikel

16

Verstrekken van inlichtingen

Hoofdstuk

6

Aanpassing van bedragen

Artikel

17

Aanpassing van bedragen

Hoofdstuk

7

Omzetting tempobeurs

Artikel

18

Omzetting voor tempobeursstudenten van lening in gift

Hoofdstuk

8

Artikel

19

Begripsbepalingen registratie

Vervallen

Artikel

20

Doel van de registratie

Vervallen

Artikel

21

Houderschap

Vervallen

Artikel

22

Verwerking van de gegevens

Vervallen

Artikel

23

Categorieën van personen in de registratie

Vervallen

Artikel

24

Beperking aantal gegevens

Vervallen

Artikel

25

Verwijdering en vernietiging gegevens

Vervallen

Artikel

26

Toegang tot de registratie

Vervallen

Artikel

27

Bijhouden registratie

Vervallen

Artikel

28

Gegevensverstrekking

Vervallen

Artikel

29

Kennisneming van verstrekkingen

Vervallen

Artikel

30

Verbetering en verwijdering van gegevens

Vervallen

Hoofdstuk

9

Overgangsbepalingen

Artikel

30a

Overgangsbepaling artikel 2

Artikel

31

Overgangsbepaling artikel 3 BSF 2000

Wijzigt dit besluit.

Artikel

32

Overgangsbepaling artikel 3 BSF

Artikel 3, eerste lid, aanhef en onderdelen b en c, en tweede lid, van het Besluit studiefinanciering zoals dat luidde op 31 december 1996, blijft van toepassing op degene die op dat tijdstip studiefinanciering op grond van de Wet op de studiefinanciering genoot.

Artikel

33

Vervallen van hoofdstuk 8

Wijzigt dit besluit.

Artikel

34

Overgangsbepaling artikel 14

Wijzigt dit besluit.

Hoofdstuk

10

Wijzigingen in andere besluiten

Hoofdstuk

11

Slotbepalingen

Artikel

53

Intrekking Besluit studiefinanciering

Artikel

54

Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op 1 september 2000.

Artikel

55

Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als «Besluit studiefinanciering 2000».

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen a.i., G. Zalm
De Minister van Justitie, A. H. Korthals

Bijlage

behorend bij het koninklijk besluit van 5 augustus 2000 (Stb. 329)

Vervallen